“Ik ben onterecht beschuldigd van nalatigheid.” dit benadrukt minister Dinotha Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB). Ze verwijst naar een column uit een Surinaams dagblad waarin staat dat door grove nalatigheid van de bewindsvrouw de Staat Suriname opgezadeld is met bijkans 150 miljoen SRD-schuld aan schadevergoedingen en de te betalen dwangsommen. Vorswijk liet weten dat het gaat om rechtszaken van voor haar aantreden als minister.
Los van de vele onwaarheden die voorkomen in de column is er ook sprake van vervalsing van de paraaf van de minister en het stempel van het ministerie. Dat is gebleken uit een brief die te lezen is via een link die voorkomt in de column. Volgens de minister is er sprake van opzet. Derden zijn opzettelijk of te kwader trouw bezig de eer en goede naam van de minister te beschadigen. Met de juridische adviseurs van het ministerie wordt alles in het werk gesteld om dit recht te trekken.
Ten aanzien van de uitvoering van de verschillende vonnissen tegen het ministerie gaf de bewindsvrouw te kennen dat er gesprekken gevoerd worden met de belanghebbenden over mogelijke compensatie. Deze mogelijkheden worden bekeken omdat het ministerie niet beschikt over de middelen om de schadevergoedingen uit te betalen.