Woensdag 9 december 2020- De Sixteen Days of Activism Against Gender Based Violence Campaign is door ge VN gemarkeerd in de periode tussen 25 november en 10 december. In het kader hiervan heeft het Bureau Gender Aangelegenheden (BGA) van het ministerie van Binnenlandse Zaken enkele activiteiten uitgezet, waaronder ook het delen van de ervaringen en rol van religieuze instellingen bij de strijd tegen gender gebaseerd geweld te benadrukken. Onderstaand geval belicht een situatie waarmee een religieuze instelling kortgeleden geconfronteerd is geworden. Hiermee wenst het BGA u een beeld te geven dat ernstige huiselijk geweld situaties zich in Suriname voordoen, waarbij het recht van jonge meisjes op een gezonde toekomst in het geding komt te staan.
“Onlangs kwam een ââconsulent van een religieuze instelling in contact met een jonge vrouw, een tiener. Ze zei dat ze erg vergeetachtig was en teveel aan haar hoofd had. Ook wekte ze de indruk een ontwikkelingsachterstand te hebben. Het gezin waartoe zij behoort bestaat uit een aantal kinderen en zij leven van een uitkering van het ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting en kinderbijslag. Deze tiener behoort tot een sociaal zwak gezin, waarvan de moeder op zeer jonge leeftijd in de prostitutie en in het actieve of passieve drugscircuit belandde omdat zij moest helpen met de verzorging van het gezin van haar tante. Ten tijde van het gesprek deelde zij zeer stellig mede bezorgd te zijn om haar moeder en zus, die veel te maken hebben gehad met fysiek en verbaal geweld. Dit geweld werd gepleegd door haar stiefvader. Op de vraag over haar stiefvader werd ze heel erg boos en gaf aan tal van mensen te willen doden. Toen ze in de gelegenheid werd gesteld om haar verhaal te doen, heeft ze na veel twijfelen losgelaten dat de stiefvader haar heeft ontvoerd en naar een ver afgelegen gebied heeft gebracht, waar ze later teruggevonden is. Op voornoemde locatie zegt deze dame te zijn misbruikt door de stiefvader en zijn vrienden. Dit gebeurde enkele jaren geleden. De stiefvader schijnt een gevangenisstraf te hebben uitgezeten. Het vertellend kind maakte steeds meer een verwarde indruk. Echter, haar boosheid en verontwaardiging waren duidelijk merkbaar in haar intonatie en gedrag (kijken met zeer grote ogen, verheffen van de stem, trillen van het hoofd en vooral de tranen van emotie). Het gesprek vermoeide haar heel erg. Ze wist nog wel los te laten dat ze heel angstig is als ze alleen is, liever zogenaamd lacht, graag over gekke dingen praat om zichzelf blij te maken en zich heel vies voelt. Volgens haar moeder is het gebeurde haar eigen schuld. Ze heeft moeite met vanzelfsprekende zaken, zoals het onthouden van haar geboortedatum. Ze houdt zich bezig met het vertellen van verhalen, zolang ze in haar verhalen geen eigen rol heeft. Ze raakte helemaal van streek toen er aan haar werd voorgesteld om naar een psycholoog of psychiater te gaan. Ze zegt eerder onder behandeling te zijn geweest van een psycholoog, waarvan ze vindt niet goed geholpen te zijn. Het wordt steeds lastiger voor de begeleider (van desbetreffende religieuze instelling) om gericht met deze dame in contact te komen. Deze jonge dame verzuimt bewust of onbewust verdere sessies bij te wonenâ.
Statistieken uit verschillende onderzoeksrapporten geven aan dat de meeste slachtoffers van gendergerelateerd geweld vrouwen zijn. Dit geldt ook voor huiselijk geweld. Een recent door IDB gepubliceerd onderzoek, de Surinaamse Nationale VrouwengezondheidsenquĂȘte 2019, werd uitgevoerd onder 1527 vrouwen in de leeftijdsgroep 15-64 jaar. Uit het onderzoek bleek dat 32% van de vrouwen ten minste een intieme partner heeft ervaren in haar leven ;31% koos ervoor om met hun moeder te praten of het helemaal niet te vertellen; 67% van de groep zocht geen hulp bij het bureau en 30% zei dat ze geen hulp zochten omdat ze geweld beschouwen als normaal of niet als ernstig. Dit laatste kan het resultaat zijn die de samenleving heeft van vrouwen. Het Multiple Indicator Cluster Survey (MICS) rapport van 2018 geeft namelijk aan dat er zowel mannen (15.2%) als vrouwen (11.7%) in onze samenleving zijn die de opvatting hebben dat het gerechtvaardigd is dat de vrouw mishandeld wordt als zij niet voldoet aan bepaalde verwachtingen die de samenleving heeft van de vrouw.
Daarnaast zijn er andere factoren die voorkomen dat vrouwen hulp krijgen, waaronder angst, schaamte en onvoldoende besef van hulpopties. Sommige slachtoffers wendden zich tot hun religieuze organisaties. BGA benadrukte met bovenstaand verhaal nogmaals dat slechte economische omstandigheden vrouwen en meisjes kwetsbaar kunnen maken voor (huiselijk) geweld. Om (huiselijk) geweld te voorkomen en te bestrijden is het van groot belang om gezonde relaties en een goed werkend hulpnetwerk op te bouwen. Het ministerie van Biza bedankt alle religieuze instellingen die gehoor hebben gegeven aan de oproep en noodzaak om hun rol in de strijd tegen het gender gebaseerd geweld dat vrouwen wordt aangedaan in te nemen!
-de boodschap/ Tanitshah Kirton-