Woensdag 02 juni 2021- Nederlanders onder de zestig jaar krijgen voortaan alleen nog de coronavaccins van Pfizer en Moderna toegediend. Het demissionaire kabinet heeft dat advies van de Gezondheidsraad overgenomen, maakte minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) woensdag bekend. Zij zullen dus geen Janssen-prik meer krijgen. Het advies om het AstraZeneca-vaccin alleen bij zestigplussers in te zetten, is ongewijzigd.
De raad adviseerde eerder op woensdag de leeftijdsgroepen die nog aan de beurt moeten komen alleen in te enten met de vaccins van Pfizer en Moderna, de zogeheten mRNA-vaccins. In tegenstelling tot de vaccins van AstraZeneca en Janssen hebben die (voor zover bekend) niet ernstige trombose in combinatie met een tekort aan bloedplaatjes als zeldzame bijwerking.
Vanwege de grote hoeveelheid andere vaccins en het relatief kleine aantal coronabesmettingen in Nederland, vindt de Gezondheidsraad het onnodig om jongere leeftijdsgroepen het risico van de zeer zeldzame bijwerking te laten lopen. “Omdat mRNA-vaccins volop beschikbaar zijn en het aantal besmettingen relatief klein is, kan Nederland zich deze keuze in het vaccinatieprogramma veroorloven. En als omstandigheden veranderen, kunnen we deze vaccins weer overwegen.”
De Jonge onderzoekt de mogelijkheid om volwassenen alsnog de keuze te geven om het Janssen-vaccin te nemen. “Daar zitten nog enkele juridische obstakels bij”, aldus de minister. “Die laat ik met spoed onderzoeken.” Nederlanders die al een afspraak voor de toediening van het Janssen-vaccin hebben, kunnen gewoon dat vaccin krijgen.
In andere landen kregen enkele personen na de toediening van het Janssen-vaccin last van ernstige trombose in combinatie met een verminderd aantal bloedplaatjes. Dat is volgens de raad in Nederland nog niet voorgekomen, maar leidde in andere landen al wel tot maatregelen. Zo kwamen onder meer België en Duitsland al met een leeftijdsgrens voor het vaccin.
De Gezondheidsraad wil niet aan een leeftijdsgrens in Nederland, omdat er niet voldoende gegevens beschikbaar zijn om te kunnen bepalen bij welke leeftijd de grens getrokken zou moeten worden. Daarnaast zou het Janssen-vaccin in andere omstandigheden nog altijd een grote rol kunnen spelen, stelt de raad. Zo zouden moeilijk bereikbare groepen baat hebben bij een Janssen-vaccin, omdat zij dan maar één prik nodig hebben.
De Janssen- en AstraZeneca-vaccins zijn zogeheten vectorvaccins. Volgens de raad zou het links laten liggen van die vaccins amper effect hebben op de hoeveelheid infecties, ziekenhuisopnames en sterfte als gevolg van COVID-19.
-Nu.nl-