De wet Belasting Toegevoegde Waarde is dinsdag 30 augustus aan het begin van de avond met een krappe meerderheid van 26 stemmen voor en 12 tegen goedgekeurd door de Nationale Assemblee. Het BTW-tarief is op 10% vastgesteld. De NPS-fractie stemde onder voorwaarde voor, omdat ze niet helemaal tevreden is met het uiteindelijke tarief. Financiën-minister Armand Achaibersing bleef bij zijn voorstel van een BTW-tarief van 10%.
Hij beargumenteerde, dat bij een lager tarief van de in te voeren Belasting over Toegevoegde Waarde de regering niet in staat zal zijn het sociaal-programma te financieren. Met een BTW-tarief van 10% wordt volgens de minister de informele sector adequaat belast, waardoor de overheid voldoende middelen binnen kan halen om gestelde beleidsdoelen te halen. Bij een BTW-tarief van 5%, zoals door delen van het parlement, het bedrijfsleven en de vakbeweging is voorgesteld, zouden volgens de Financiën-minister op basis van zijn calculaties met de meer-opbrengsten niet eens de implementatiekosten van BTW worden gehaald.
Cijfers
Minister Achaibersing presenteerde enkele cijfers ter onderbouwing van het BTW-tarief van 10%. Bij een BTW-tarief van 10% liggen de inflatoire effecten rond de 1%. Het 10% BTW-tarief zal in 2023 de overheid SRD 6.8 miljard opbrengen. Ongeveer 20% van de BTW-opbrengsten zal worden teruggegeven in de sfeer van loonbelastingen.
Na een jaar van implementatie van BTW in 2023, zal in 2024 geëvalueerd worden en bekeken worden waar zaken eventueel gecorrigeerd moeten worden.