Cubanen stonden dinsdag in de rij bij wisselkantoren om voor het eerst in twee jaar, dollars en andere harde valuta van de overheid te kopen. Het nieuw beleid dat maandagavond werd aangekondigd, komt bijna drie weken nadat de communistische regering harde valuta van het publiek begon te kopen tegen 110, 40 peso’s per dollar.

Die koers is vergelijkbaar met die van de zwarte markt en meer dan vier keer de koers die wordt gebruikt voor officiële transacties. Volgens het nieuwe beleid, dat bedoeld is om de illegale markt in harde valuta te bestrijden, kunnen individuen tot $ 100 contant per dag kopen tegen een koers van 123,60 per dollar in 37 aangewezen wisselkantoren in het land. De officiële koers die wordt gebruikt door overheidsindustrieën en agentschappen die de economie domineren, blijft 24 peso’s per dollar.

Begin 2021 elimineerde Cuba een al lang bestaand systeem van dubbele valuta, waarbij een speciaal type converteerbare peso werd geschrapt die zogenaamd grotendeels op toerisme en buitenlanders was gericht, en alle operaties in lokale valuta werden omgezet. Maar de prijzen stegen veel sneller dan de nieuwe hogere lonen die werden aangenomen in het kader van de hervorming, die samenviel met een economische crisis veroorzaakt door de Covid-19-pandemie en verminderde steun van Cuba’s bondgenoot Venezuela.

Toenemende tekorten leidden tot stijgende prijzen voor goederen die werden gekocht van particuliere verkopers en tot een devaluatie van de peso op straatniveau, waardoor dollars en andere harde valuta die vanuit het buitenland werden verzonden of binnengebracht, waardevoller werden.