Autobouwer Nissan heeft zijn Russische onderdelen van de hand gedaan voor het symbolische bedrag van 1 euro. Het Japanse bedrijf moet daardoor op de verkochte onderdelen een verlies nemen van 100 miljard yen (707 miljoen euro).
Nissan vertrekt uit het land vanwege de Russische inval van Oekraïne in februari. Kort daarna heeft Nissan zijn activiteiten in het land al stopgezet. Nu, zes maanden later, is besloten om de onderdelen te verkopen.
Het gaat onder meer om een fabriek in Sint-Petersburg en een verkoopafdeling in Moskou. Nieuwe eigenaar van de Nissan-activiteiten is de Russische staatsmaatschappij Nami. Beide partijen hebben afgesproken dat Nissan binnen zes jaar de onderdelen mag terugkopen.
Nadat Rusland Oekraïne binnenviel ruim een half jaar geleden, besloten veel westerse bedrijven om Russische activiteiten stop te zetten en het land te verlaten. Ook de Franse autobouwer Renault, waarmee Nissan in een alliantie zit, besloot eerder al om zijn bezittingen in Rusland te verkopen aan een investeerder, naar verluidt voor 1 roebel (minder dan 2 eurocent).