Een flink deel van het legale vuurwerk dat afgelopen tijd door de inspectie is getest, blijkt toch niet veilig. Kort voor de jaarwisseling is 20 procent van het geteste vuurwerk afgekeurd en verkoop ervan verboden. Het gaat bijvoorbeeld om vuurwerk dat te snel, of juist te langzaam ontploft. Of kartonnen deeltjes die na een knal nog blijven branden. In 2019, de laatste keer voor het vuurwerkverbod, ging het om 18 procent. Het is echter al een stuk minder dan de 28 procent die in 2018 werd afgekeurd.
De inspectie noemt het nog altijd ‘zorgwekkend’ dat één op de vijf vuurwerksoorten die getest zijn moet worden vernietigd. De vuurwerkbranche benadrukt dat de inspectie specifiek vuurwerk controleert waar al extra risico aan zit. Het is volgens woordvoerder Leo Groeneveld van de Belangenvereniging voor Pyrotechniek in Nederland niet mogelijk om al het vuurwerk volgens de ‘strenge’ Nederlandse standaarden te krijgen. “Toch vindt ook de branche dat er te veel vuurwerk uit de schappen moet worden gehaald.
“De kosten van het vernietigen van het afgekeurde vuurwerk zijn voor de verkoper, wat een aardige kostenpost met zich meebrengt. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) voert gesprekken met de branche om nog betere afspraken te maken over de import van vuurwerk. “Mogelijk is er snel een verbetering te zien in de kwaliteit van het vuurwerk. ” Volgend jaar pas weer verwachten verkopers in grote aantallen nieuw vuurwerk in te kopen, volgens de nieuwe gemaakte afspraken.
-ad.nl-