Behalve dat de regering zich inzet voor verlichtendemaatregelen naar de samenleving toe, bereidt zij zich ook voor op de toekomstige mogelijkheden van oliewinning op zee. Echter heeft de regering volgens president Chandrikapersad Santokhi in haar begrotingen, voor de regeerperiode tot 2025, nooit gewed op olie-inkomsten. “Dat is een misverstand, maar we bereiden ons wel voor”. Hij benadrukt dat Suriname zich nu al zal moeten voorbereiden op bijvoorbeeld de infrastructuur en onderwijsopleidingen voor de sector.
Het doen van zaken wordt stapsgewijs makkelijker gemaakt voor buitenlandse investeerders, zodat Suriname hoger komt op de ease of doing business index. Daarbij is het Suriname Business and Climate Innovation programma nieuw leven ingeblazen, dit in het kader van verandering van wetgeving voor het ondernemersklimaat. Op het gebied van de infrastructuur worden diverse projecten gestart, die voor werkgelegenheid zullen zorgen. Dit zal volgens hem niet alleen leiden tot een efficiënter personenverkeer, maar ook voordelen voor de economie hebben daar transporten sneller verwerkt zullen worden.
Het staatshoofd geeft verder aan dat de voorbereidingen voor de bouw van de brug over de Corantijnrivier ook met voortvarendheid geschieden. Met Barbados is er reeds een intensieve samenwerking afgesproken, terwijl ook uit andere landen serieuze interesse voor landbouw in Suriname bestaat. Internationale bronnen van financiering voor het behoud van het tropisch regenwoud zullen worden aangesproken op hun verplichtingen en toezeggingen aan landen zoals Suriname. “We zetten verder in op investeringen voor projecten, zoals het mangroveproject, om de opkomende zee te pareren”, zegt het staatshoofd verder.
-gov.sr-