De Witte Helmen, een reddingsteam dat in Syrië zoekt naar overlevenden van de aardbeving, meldt dat ze de zoekacties aan het afronden zijn. Ook de hulptroepen in Turkije keren langzaam terug naar huis, hoewel daar ook negen dagen na de bevingen toch nog mensen levend onder het puin vandaan worden gehaald.
De Witte Helmen stellen dinsdag dat hun zoekacties in het noordwesten van Syrië bijna ten einde zijn. “Er zijn geen indicaties dat er nog overlevenden zijn, maar we controleren nog een laatste keer op alle locaties”, zei Raed al Saleh, hoofd van de reddingsgroep.
De reddingswerkers hebben mensen gered in de hele aardbevingsregio in Syrië. Ze zamelden ook namen in van mensen die vermist waren.
In het gebied vielen volgens de Verenigde Naties zeker 4.200 doden en duizenden mensen raakten gewond.
Het Nederlandse team USAR keert donderdag terug naar Nederland. Zij hebben twaalf mensen gered. Het team heeft verdere hulp overgedragen aan hulporganisatie Oxfam Novib. Daarvoor zijn onder meer tenten, voedsel, water en verlichting achtergelaten.
Toch worden nog mensen levend onder het puin vandaan gehaald. In de provincie Adiyaman werd dinsdag een achttienjarige jongen na 198 uur gered. Ook werden twee broers nog levend gevonden in de provincie Kahramanmaras. Op beelden van de Turkse CNN omroep is te zien dat de jongens van 17 en 21 jaar op brancards naar ambulances worden gebracht.
Er worden elke dag minder overlevenden aangetroffen in het rampgebied. Maandag vonden de reddingswerkers nog ten minste acht mensen, maar volgens de VN komt de fase dat mensen nog gered worden snel tot een einde.
-nu.nl-