De Nationale Assemblee heeft vrijdagavond de wijziging van de Wet op de Staatsschuld goedgekeurd. Het wetsvoorstel voor wijziging van de wet werd met 26 stemmen voor, en 12 stemmen tegen aangenomen. Met de inwerkingtreding van de gewijzigde Wet op de Staatsschuld zal de regering zich wettelijk hebben ingedekt voor overschrijding van het obligo plafond van 60% dat geldt voor leningen van de overheid.
De Wet op de Staatsschuld is sedert zijn goedkeuring en inwerkingtreding in 2002 zeven keren gewijzigd. De eerste wijziging was in 2011 en de laatste wijziging was in september 2020. De Wet op de Staatsschuld regelt in kern de voorwaarden en omstandigheden waaronder de regering leningen mag aangaan. De wet geeft het percentage aan van de verhouding van de staatsschuld ten opzichte van het BBP , de schuld/BBP ratio.
Wettelijk afdekken van financieel beleid
De Wet op de Staatsschuld is feitelijk bedoeld om het beleid van de regering met betrekking tot staatsschuld, waarbij het obligo plafond van 60% wordt overschreven, wettelijk af te dekken. Daarbij wordt in de wet voorgeschreven, dat de regering zodanige financieel-economische maatregelen treft waarbij binnen een in de wet aangegeven periode de staatsschuld teruggebracht moet zijn binnen het obligo plafond van 60%.
Bureau voor de Staatsschuld
Bij overschrijding van het obligo plafond, waarvan nu sprake van is, dient het Bureau voor de Staatsschuld door middel van een schuldenplan aan te geven hoe de schuld op termijn wederom binnen het obligo plafond gebracht zal worden. Deze en andere taken en verplichtingen van het Bureau van de Staatsschuld worden met de wetswijzigingen nu uitgebreid geregeld.
De belangrijkste taak van het Bureau voor de Staatsschuld is het registreren en het beheer voeren van de Staatsschuld. Zij doet dat onder de verantwoordelijkheid van de minister van Financiën.
Omstandigheden voor goedkeuring
Indien door een negatieve groei van het nominaal BBP, door stijging van de wisselkoers of bij het aangaan van nieuwe schuldverbintenissen de obligo plafond van 60% is overschrijden, wordt geacht goedkeuring hiervoor te zijn verleend.
Als aanvulling bij de aanvraag van goedkeuring voor het overschrijden van het obligo plafond wordt nu met de wetswijziging duidelijk aangegeven, dat dit pas mag plaatsvinden wanneer de economische situatie van het land dat vereist, en wel bij een economische recessie van tenminste twee jaren en voor het financieren van de effecten veroorzaakt door natuurrampen, en elk vorm van noodtoestand bijvoorbeeld op het gebied van de volksgezondheid of oorlog.