Het Europees Parlement presenteert donderdag een aangepast wetsvoorstel om online kindermisbruik aan te pakken. Over de wet wordt al jaren fel gediscussieerd. Partijen lagen met elkaar overhoop over de vraag of een harde aanpak of juist preventie het beste werkt.
Tijdens de onderhandelingen over het wetsvoorstel waren twee kampen te onderscheiden. Het ene kamp wil online kindermisbruik opsporen door bijvoorbeeld WhatsApp-berichten en mailtjes te scannen. Het andere kamp ziet meer heil in preventie.
Het wetsvoorstel dat donderdag wordt gepresenteerd, is een goed compromis, zegt de Nederlandse Europarlementariër Paul Tang tegen NU.nl. Tang zat de afgelopen tijd als enige Nederlander aan de onderhandelingstafel.
In het voorstel wordt volgens hem vooral ingezet op preventie en veiligheid. De wet pakt online kindermisbruik op meerdere manieren aan. Grote internetbedrijven en aanbieders van digitale diensten, zoals games en sociale netwerken, moeten bijvoorbeeld de leeftijd van gebruikers controleren en hun beveiliging daarop aanpassen.
Daarnaast moeten bedrijven volgens de wet de vormgeving van hun websites, games en andere diensten veilig maken voor kinderen. Dat kunnen ze doen door bijvoorbeeld de leeftijd of de geboortedatum van gebruikers in een profiel te verbergen. Dat voorkomt dat kwaadwilligen gericht kunnen zoeken naar jonge slachtoffers.
Knop om digitale kinderlokkers te melden
Een derde onderdeel van de wet is een zogenoemde rapporteerknop. Die moet aanwezig zijn in alle digitale diensten die kinderen gebruiken. Het gaat daarbij om bijvoorbeeld chatprogramma’s, sociale media en games.
Deze rapporteerknop moet er overal hetzelfde uitzien. Daardoor is de knop goed herkenbaar op bijvoorbeeld TikTok, maar ook in chatruimtes in games. De knop moet zowel kinderen als volwassenen in de gelegenheid stellen om digitaal kinderlokken (ook wel grooming genoemd) te melden.
Maar deze preventieve maatregelen kunnen niet voorkomen dat beelden van kindermisbruik online verspreid worden. Internetbedrijven worden daarom verplicht actief op te treden tegen de verspreiding van zulke beelden.
Als internetbedrijven dat weigeren, kan Brussel een boete van één tot 5 procent van de jaaromzet opleggen. Dat tikt aardig aan als je bedenkt dat Facebook-moederbedrijf Meta een jaaromzet van omgerekend zo’n 110 miljard euro draait.
Politie zou Telegram kunnen verplichten een groep te verwijderen
Beelden van kindermisbruik worden vaak gedeeld in Telegram-groepen. Dankzij de wet kan de politie in dat geval Telegram verplichten de groepen en het materiaal te verwijderen.
Tijdens de onderhandeling werd geopperd om internetbedrijven te verplichten al het internetverkeer te scannen op beelden van kindermisbruik. Maar dat betekent dat het internetverkeer van iedereen gecontroleerd wordt, dus ook dat van onschuldige burgers en zelfs kinderen.
Alleen rechter kan een gericht detectiebevel geven
Om de privacy van onschuldige mensen te beschermen, is in het wetsvoorstel een heel gericht detectiebevel opgenomen. Daarmee kan een internetaanbieder verplicht worden om het internetverkeer van een persoon of een groep die zich schuldig maakt aan de verspreiding van kinderporno te scannen.
Zo’n detectiebevel kan alleen door een rechter gegeven worden. Dat is vergelijkbaar met bijvoorbeeld een huiszoekingsbevel als iemand wordt verdacht van een misdaad.
Eerder wilde Brussel aanbieders van versleutelde berichtendiensten, zoals WhatsApp en Signal, verplichten om een achterdeurtje te maken. Maar dat idee is van tafel geveegd. Dat verzwakt de beveiliging van de chatdienst, waardoor de kans juist groter wordt dat gevoelig materiaal in verkeerde handen komt.
Wisselende reacties van experts
“De aanpassingen van het wetsvoorstel lijken op het eerste gezicht tegemoet te komen aan de bezwaren ten aanzien van de privacy van de gebruikers”, zegt Arda
Gerkens van de Autoriteit Online Terroristisch en Kinderpornografisch Materiaal. “Hiermee zijn de rechten van het kind in het voorstel versterkt.”
Bij privacyorganisatie Bits of Freedom gaat de vlag nog niet uit. Bepaalde bedrijven die technologie verkopen om kindermisbruik op te sporen, lobbyen volgens woordvoerder Rejo Zenger al jaren voor de wet.
“Elke stap vooruit met dit voorstel is per definitie slecht, want het voorstel is besmet”, zegt Zenger. Daarnaast zijn er volgens hem twijfels over de juridische houdbaarheid en technische haalbaarheid van de wet.
Het Europees Parlement laat volgens Celine Verheijen van Defence for Children zien dat ze zich hard inzet om tot een compromis te komen. “Daar zijn wij blij mee, maar we hebben onze twijfels over deze aanpassingen.”
“De verordening moet ertoe leiden dat online seksueel kindermisbruik afneemt”, vervolgt Verheijen. “Wij betwijfelen of de wet met dit compromis nog effectief is.”
Wet moet in de zomer van 2024 in werking treden
Het duurt nog minstens tot de zomer van 2024 voordat de wet ingaat. Eerst moeten alle EU-lidstaten het voorstel nog goedkeuren.
Daarna gaan het Europees Parlement, de Europese Commissie en de Raad van de Europese Unie er achter gesloten deuren nog over onderhandelen. In die onderhandeling wordt de definitieve wettekst bepaald.
-nu.nl-