Op de klimaattop in Dubai worden 70.000 deelnemers verwacht. Het gastland laat zich erop voorstaan dat het twee weken durende evenement ‘s werelds grootste klimaattop ooit is.
Dat klinkt als goed nieuws, maar is het niet, zeggen experts tegen de NOS. Het is goed dat er veel aandacht is voor het klimaat, maar de uitdijende complexiteit van de onderhandelingen wordt een remmende factor, zegt Richard Klein van het Stockholm Environment Institute.
70.000 bezoekers is onnodig, onhoudbaar en contraproductief, zegt ook Luis Gomez-Echeverri. Hij werkte ruim dertig jaar aan internationale klimaatsamenwerking voor het VN-klimaatverdrag en het International Institute for Applied Systems Analysis. Toen Gomez-Echeverri het verwachte aantal deelnemers hoorde, besloot hij zelf niet te gaan.
Afgehaakt uit schaamte
Al die mensen komen niet alleen vanwege de steeds complexere agenda, maar ook vanwege de explosie aan ‘side-events’, allerlei bijeenkomsten die losstaan van de onderhandelingen. Bedrijven staan te dringen om te laten zien hoe groen ze zijn, en landen tuigen steeds imposantere paviljoens op om uit te dragen dat zij in elk geval gĂ©Ă©n onderdeel zijn van het probleem.
âAls er niet dringend radicale hervormingen worden doorgevoerd in de VN-klimaatonderhandelingen, zullen veel mensen zich afkerenâ, zegt Gomez-Echeverri. “Ze zullen afhaken uit protest, of uit schaamte, zoals ik dit jaar doe.”
Oproep tot ‘saaiheid’
âMaak de klimaattoppen weer saaiâ, verzucht Klein. Hij verwijst naar een andere VN-afspraak, bedoeld om de ozonlaag te beschermen. Eind jaren 80 dreigde een zeer ernstige ozoncrisis, die effectief is aangepakt op VN-niveau.
Ook vanuit dit Montreal-protocol worden nog elk jaar toppen gehouden. âDaar kwamen eerder deze maand in Nairobi 600 mensen op afâ, vertelt Klein. âDie hebben in een week tijd de nodige besluiten genomen en gingen weer verder. Heb je er iets over gezien in het nieuws?â
Kleins conclusie: “600 mensen is blijkbaar genoeg.” Het probleem is niet vergelijkbaar, maar de wetmatigheid wel: met een kleine groep mensen kun je effectief zaken doen. De vervolgonderhandelingen over het Parijsakkoord uit 2015, zoals dit jaar in Dubai, worden juist elk jaar complexer. Oude toezeggingen voor financiĂ«le klimaathulp zijn niet nagekomen, en ook niet toereikend.
Parallel wordt een nieuw fonds opgetuigd voor schadecompensatie. Wie betaalt en wie ontvangt? De dertig jaar oude indeling tussen rijke en arme landen is aan herziening toe, maar dat is niet in ieders belang.
Vervolgens wordt alles ruilhandel. Gebrek aan voortgang op het ene dossier blokkeert vaak ook alle andere. Om verder te komen, gaan sommige landen maar onderling afspraken maken.
Voor landen die voortgang willen tegenhouden, wordt het makkelijker om zich verdekt op te stellen en juist een klein beetje mee te werken, zolang dat niet leidt tot concrete verplichtingen.
Ook retoriek kan de voortgang hinderen. Zo blijkt de veelgehoorde oproep tot ‘klimaatrechtvaardigheid’ voor veel mensen een verschillende betekenis te hebben, ook in de onderhandelingszalen. Waar westerse landen Saudi-ArabiĂ« vragen mee te betalen aan klimaathulp voor arme landen, claimt de rijke oliestaat zelf slachtoffer te worden van klimaatbeleid, en recht te hebben op financiĂ«le compensatie als de wereld minder olie gaat verbruiken.
Efficiëntere toppen
Hoe kan het beter? Benito Mueller, hoogleraar aan de universiteit van Oxford, en al vele jaren adviseur voor armere landen, opperde vorig jaar de klimaattoppen voortaan altijd in Bonn te houden, waar het secretariaat is van het VN-Klimaatverdrag,
Daar passen sowieso maar maximaal 5000 deelnemers, voegt Gomez-Echeverri toe. Voor wie behoefte heeft aan een rondtrekkend circus, kan daarnaast een ‘climate action week’ worden georganiseerd, stelt Mueller voor.
Ook voormalig VN-medewerker Rachel Kyte denkt dat grote conferenties niet langer nodig zijn. “We zitten nu op ‘peak pledge'” – de spelregels zijn afgesproken en de belangrijkste toezeggingen gedaan. Nu draait het om de uitvoering: “De toppen zouden kleiner moeten zijn, en het werk moet het hele jaar doorgaan”, zegt voormalig VN-medewerker Rachel Kyte. In de eerste week zouden landen hun progressie moeten rapporteren, met week twee voor het afspreken van vervolgstappen.
-nos.nl-