Een automobilist, A.D., deed dinsdag 27 februari omstreeks 00.20 uur aangifte van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht op het politiebureau Santo Boma.
Volgens verklaring van A.D. zat hij samen met zijn neef in zijn auto die geparkeerd stond op de berm aan de Tampoeaweg met de voorzijde naar de Helena Christinaweg. Terwijl hij in gesprek was met de neef, kwam er een auto vanuit tegenovergestelde richting. De bestuurder bracht de auto tot stilstand en stapte vervolgens uit. Hij liep naar A.D. en hield hem vervolgens voor dat de lichten van de koplampen oogverblindend waren.
A.D. reageerde hierop en gaf door dat hij van plan was op te trekken, maar dat viel niet in goede aarde bij de bestuurder. Hij begon tekeer te gaan en zei met stemverheffing āoe no sabi soema na mi nohā. Een ooggetuige kwam tussen partijen en probeerde de gemoederen te kalmeren.
De bestuurder stak zijn hand in zijn schoudertas en haalde een vuistvuurwapen tevoorschijn en uitte de volgende woorden: āMi o sor oenoe soema na miā en plaatste het wapen op het voorhoofd van A.N.. VervolgensĀ stapte hij in zijn auto en reed weg.
Aan de hand van het kenteken van de auto en beschrijving die aan de politie werd doorgespeeld, kon de 32-jarige A.D worden opgespoord en aangehouden. Naderhand bleek dat de man een wapendrager is.
Bij ondervraging bekende de verdachte zich schuldig te hebben gemaakt aan bedreiging met een vuistvuurwapen van een automobilist.
Na overleg met het Openbaar Ministerie is de verdachte in verzekering gesteld.