In een recente vergadering onder leiding van Michael Miskin, hoofd van de Centrale van Landsdienaren Organisaties (CLO), werd duidelijk waarom de onderhandelingen met de overheid over loonsverhogingen zo uitdagend zijn. Een van de belangrijkste obstakels is de afspraak met het Internationaal Monetair Fonds (IMF), die de regering verplicht om niet meer dan 6,7 procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP) aan lonen uit te geven. Dit jaar staat de loonsom op ruim SRD 11 miljard uit een totale begroting van SRD 170 miljard, exclusief de benodigde verhogingen.
Tijdens de vergadering werden verschillende eisen van bonden besproken. Ravaksur heeft al 20 procent verhogingen weten te bedingen, terwijl andere bonden zoals de veiligheidsbonden en COL respectievelijk 10 en 50 procent wensen. Miskin wees erop dat de verdeling van de onderhandelingen over meerdere bonden in plaats van één vertegenwoordiging volgens de International Labour Organization (ILO) voor verwarring zorgt, waardoor de overheid geen helder bod kan doen.
Een cruciaal punt van discussie is de incorporatie van koopkrachtversterking in het salaris. Miskin toonde aan dat deze wijziging voor de overheid zeer kostbaar kan zijn. Bijvoorbeeld, een directeur met een bruto salaris van SRD 19.500 zou met 56 procent belasting en een gewenste verhoging van SRD 3.500 een loonsverhoging van bijna SRD 8.000 nodig hebben om de nettoverhoging te realiseren.
Miskin benadrukte ook de significante veranderingen die met de Ravaksur-plus overeenkomst zijn bereikt: een loonsverhoging van 20 procent, gefaseerd over 2024 en 2025, en een eenmalige incorporatie van SRD 3.500 op 1 januari 2025. Hij waarschuwde dat overschrijding van de IMF-grenzen kan leiden tot stopzetting van het steunprogramma.
Met de begroting die tot eind van het jaar loopt, zullen de definitieve cijfers pas zichtbaar worden wanneer de loonsverhogingen zijn doorgevoerd. De regering lijkt echter al voorbereid te zijn op een manier om binnen de vastgestelde marges te blijven. De toekomst van loonsverhogingen blijft dus onzeker, maar de gesprekken van de CLO zijn cruciaal voor de verdere ontwikkelingen.