Zes mensen zijn om het leven gekomen bij Israëlische aanvallen op de Westelijke Jordaanoever. Het gaat om droneaanvallen op de Palestijnse stad Tubas en een nabijgelegen vluchtelingenkamp.

Volgens de Israëlische strijdkrachten (IDF) waren de dodelijke slachtoffers Palestijnse militanten. Meerdere mensen zijn gewond geraakt. Tubas, een stad in het noorden van de Westoever, was de afgelopen week al meerdere keren het doelwit van aanvallen. Daarbij vielen zeker tien doden.

Bij de militaire operatie op de Westelijke Jordaanoever zijn honderden Israëlische troepen ingezet. Die richten zich vooral op Tulkarem en Jenin, twee belangrijke centra van gewapende Palestijnse groepen, schrijft persbureau Reuters. De troepen worden ondersteund met tanks, helikopters, drones en bulldozers die de infrastructuur verwoesten.

De aanvallen laten een spoor van vernieling achter. Vele huizen zijn verwoest of beschadigd. Ook zijn water- en elektriciteitsvoorzieningen in het gebied verstoord. Door kapotte wegen en Israëlische afzettingen hebben ambulances problemen om gewonden te helpen.

Volgens de Palestijnse gezondheidsautoriteiten, die worden gecontroleerd door Hamas, zijn er tijdens de militaire operatie zeker 39 Palestijnen om het leven gekomen. De meesten van hen waren gewapende strijders. Maar er zijn ook burgers omgekomen, onder wie een zestienjarig meisje.

Israël zou de operatie uitvoeren om een groot “Iraans front te vernietigen”. In het gebied zouden zich veel “Hamas-leden en andere terroristen” schuilhouden. Israël vermoedt dat Iran probeert een front te ontwikkelen door “terroristen op de Westelijke Jordaanoever te financieren en te bewapenen”, schreef buitenlandminister Israël Katz op X.

-nu.nl-