Met de lancering van het GranMorgu-offshore olieproject in Blok 58 zullen in de komende vier jaren bronnen worden geboord, onderzeese installaties en pijpleidingen worden aangelegd en de modules worden geplaatst op het al aangeschafte drijvend platform. Er zullen in totaal rond de 32 putten worden geboord: ongeveer de helft voor de olieproductie en de andere helft voor het terugpompen van met de olie meegekomen water en gas. Naar verwachting zullen er twee boormachines worden ingezet.
De operationele activiteiten voor het boren van de putten zullen vanuit Suriname plaatsvinden. Dit zal een grote spin-off hebben voor de Surinaamse economie, vanwege de aankoop van lokale arbeid, goederen en diensten (local content).
TotalEnergies en APA hebben dinsdag officieel het Finaal Investeringsbesluit voor het Granmorgu-project meegedeeld aan de Surinaamse autoriteiten.
Ter voorbereiding van de ontwikkelingsactiviteiten heeft TotalEnergies die de uitvoering in het partnerschap met APA in Blok 58 leidt, een milieu- en sociale effectenstudie laten uitvoeren. Daarbij zijn de mogelijke risico’s en te treffen maatregelen in kaart gebracht. Het rapport is in publieke consultaties besproken met de verschillende belanghebbenden. Het document is nu in het beoordelingsproces van de Nationale Milieu Autoriteit (NMA) van Suriname. Patrick Pouyanné, bestuursvoorzitter en Chief Executive Officer van TotalEnergies, is verheugd om het GranMorgu-project te lanceren samen met zijn partners Staatsolie en APA “en met de sterke steun van de Staat Suriname”.
“Voortbouwend op de pioniersgeest van TotalEnergies, markeert dit baanbrekende project de eerste offshore-ontwikkeling in het land, waarbij onze uitgebreide expertise in FPSO-innovatie zal worden toegepast. GranMorgu werd slechts een jaar na afsluiting van het beoordelingsproces gelanceerd en past bij onze strategie om voordelige, goedkope en emissiearme olieprojecten te ontwikkelen, ” merkte Pouyanné op. TotalEnergies en APA hebben elk met een belang van vijftig procent in Blok 58. Nadat de olieproductie vanaf 2028 op gang zal zijn gekomen, zal het grootste deel van de netto-inkomsten naar de Staat gaan. De inkomsten van Suriname bestaan uit royalties, winstolie en belastingen. Afhankelijk van de olieprijs kan dat over de levensduur van dit veld tussen de US$ 16 en US$ 26 miljard bedragen.
Naast de directe bijdragen aan de staatskas zullen er ook indirecte inkomsten zijn uit local content. President Chandrikapersad Santokhi heeft meegedeeld dat de regering is begonnen om het nader uitwerken van het Welvaart en Stabilisatie Fonds en dat zij “de meest optimale regelgeving ter zake zal vast stellen.””De inkomsten uit deze, en mogelijk ook andere sectoren, zullen besteed worden aan de nationale economische ontwikkeling en een vooraf vastgesteld deel zal gereserveerd worden in het fonds ten behoeve van de toekomstige generaties en hun duurzame zekerheid op een goede toekomst.
De gelden zullen transparant en a-politiek beheerd moeten worden, met inachtneming van de regels en voorzieningen van goed bestuur,” voegde het staatshoofd eraan toe.”Ons beleid -en dat zal voor elke regering moeten gelden- is dat de levensstandaarden en het welzijn van onze bevolking op een significant hoger niveau moeten komen. Niet alleen overleven, maar een fijn leven kunnen leiden. Wij zullen ervoor zorgen dat deze welvaart bij elke burger terecht komt via het leaving no one behind principe dat wij krachtig zullen verdedigen.”