Tijdens het economisch debat van de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) op 13 en 14 mei spraken veel politieke partijen zich uit over een mogelijk vervolg op het IMF-programma. De meerderheid staat in principe open voor samenwerking met het Internationaal Monetair Fonds – maar onder voorwaarden.

Voorstanders zoals Glenn Lont (A20), Silvano Tjon-Ahin (NPS) en Harish Monorath (ABOP) benadrukken de noodzaak van IMF-steun als brug tot olie-inkomsten en het herstel van vertrouwen bij investeerders. “Het IMF is een stok achter de deur en biedt stabiliteit,” aldus Tjon-Ahin.

Sceptici, zoals Henk Ramnandanlal (OPTSU) en Ronnie Asabina (BEP), hekelen de afhankelijkheid en stellen dat de eerder beloofde resultaten zijn uitgebleven. “Het IMF heeft niets opgelost. We moeten onze eigen middelen beter benutten,” aldus Asabina.

Sommige partijen, zoals de VHP en NDP, willen alleen over samenwerking praten als het IMF zich schikt naar Suriname’s nationale prioriteiten. “We hebben nu andere kaarten op tafel met de oliewinsten in zicht,” stelt VHP’er Gajadien.

De toon is gezet: het IMF blijft een heet hangijzer in aanloop naar de verkiezingen, met het lot van het programma afhankelijk van wie straks de touwtjes in handen krijgt.