President Chandrikapersad Santokhi heeft het eindverslag ontvangen van de werkgroep Voorbereiding PPP voor Keuring Elektrische, Water- en Renewable Energy Installaties. Het rapport, dat de resultaten van consultaties met stakeholders en een seminar omvat, legt de basis voor een efficiënter en gereguleerd keuringssysteem in Suriname. Het doel is een einde te maken aan de lange wachttijden die met name huishoudens en bedrijven ondervinden bij de keuring van hun elektra- of waterinstallaties.  De kern van het voorstel is de oprichting van een keuringsinstituut onder het ministerie van Openbare Werken (OW). Dit instituut zal via een publiek-private partnerschap (PPP) het gehele voortraject van keuringen voor zijn rekening nemen. In de nieuwe opzet zal het keuringsinstituut al in beeld komen bij de aanvraag van een bouwvergunning. Na een goedgekeurde inspectie wordt een certificaat verstrekt, dat essentieel is voor de nutsbedrijven om tot aansluiting over te gaan. Dit moet zorgen voor een efficiëntere werkwijze en betere naleving van de bestaande regels. Sanjeevkoemar Bissesar is voorzitter van de werkgroep die op 12 mei door het staatshoofd werd ingesteld. Hij licht de opdracht als volgt toe: “Onze taak was het voorbereiden van alle staatsbesluiten, wetten en regels om deze PPP-samenwerking met OW en de oprichting van het instituut mogelijk te maken. In de nieuwe situatie wordt het keuringscertificaat een vereiste voor nutsbedrijven om over te gaan tot aansluiting.” President Santokhi wees op het belang van het project voor de samenleving. Hij verzekerde de commissie dat het, vanwege het grote maatschappelijke belang, zal worden overgedragen aan zijn opvolger. “Ik zal alle lopende zaken, inclusief dit project, overdragen ter continuering. Het komt de samenleving ten goede.” De commissie heeft er bij het staatshoofd op aangedrongen de noodzaak van dit regeringsoverstijgende project te benadrukken, om de beoogde regulering en kwaliteitsverbetering in de water en elektrische sector te garanderen. -gov.sr-

7 June 2025

Comments: 0

Jennifer Simons en Gregory Rusland worden op woensdag 16 juli 2025 geïnstalleerd tot respectievelijk president en vicepresident van de Republiek Suriname. Zij zijn op zondag 6 juli bij enkele kandidaatstelling in De Nationale Assemblee (DNA) gekozen tot het nieuwe presidentiële duo. In hun eerste toespraak erkenden Simons en Rusland de grote verantwoordelijkheid die op hun schouders wordt gelegd; een verantwoordelijkheid die zij dan ook met plichtsbesef aanvaarden. Beide gekozenen zijn unaniem voorgedragen door een brede coalitie bestaande uit zes partijen, die aan de afgelopen verkiezingen hebben deelgenomen, te weten: NDP, NPS, ABOP, PL, BEP en A20/DOE. Simons sprak van een waardige afsluiting van het verkiezingsproces en de machtsoverdracht. Zij typeerde het resultaat als een mijlpaal voor Suriname. “Het is van groot belang dat we met zijn allen dit vandaag kunnen realiseren. Ik ben me zeer bewust van de verantwoordelijkheid die nu op onze schouders is gelegd. Deze verantwoordelijkheid wordt voor mij verzwaard door het feit dat ik inderdaad de eerste vrouw ben, die dit ambt zal bekleden”, aldus Simons. Ze benadrukte dat Suriname als land alles heeft wat voor het volk nodig is om een menswaardig, en zelfs rijk en goed bestaan, te leiden. “Alleen is het aan ons om het nu waar te maken, in een periode met grote uitdagingen in Suriname, maar ook in de wereld.” De nieuwe president herhaalde haar belofte zoals tijdens de verkiezingscampagne: “Ik kom in deze functie om te dienen en ik zal alles wat ik heb aan kennis, kracht en inzicht inzetten om onze rijkdommen beschikbaar te maken voor alle mensen, maar met speciale aandacht voor onze jongeren en al diegenen die tot nu toe de kansen tot optimale ontplooiing niet hebben gekregen.” Volgens Simons is daarbij de steun van elke Surinamer nodig. Zicht richtend tot het parlement voegde zij eraan toe: “In deze zaal betekent het dat, ongeacht de positie van waaruit we bezig zijn, wij onze bijdrage altijd leveren. De bijdrage van geen enkele fractie, geen enkel lid is zonder gevolgen.” De gekozen eerste vrouwelijke president van Suriname sloot af met: “Nogmaals mijn dank en we gaan aan het werk.” “De verantwoordelijkheid die u mij met mijn verkiezing tot vicepresident van Suriname hebt toevertrouwd, vervult mij met dankbaarheid, nederigheid en plichtsbesef.” Zo sprak gekozen vicepresident Rusland. Hij benadrukte dat Suriname zich op een kruispunt in zijn geschiedenis bevindt. “De uitdagingen zijn groot, sociaal economisch en institutioneel. Maar groter nog is onze gezamenlijke wil om deze uitdagingen om te buigen tot kansen. En dat is precies waarin ik mij als vicepresident van alle Surinamers met volle overgave zal kwijten. Ik zal als brug fungeren tussen beleid en uitvoering, tussen de president en samenleving, tussen de regering en de oppositie, tussen stad en district, tussen het heden en de toekomst.”

De gekozen vicepresident zei in deze rol te zullen handelen met transparantie, integriteit en betrokkenheid. Rusland: “Ik geloof in dialoog boven verdeeldheid, in samenwerking boven conflict, in opbouw boven afbraak. Onze jonge natie verdient leiderschap dat zich laat leiden door visie en waarden, leiderschap dat luistert, leert en leidt. Daarom zal ik mij blijven inzetten voor het versterken van onze democratische instituties, verbeteren van onze bestuurscultuur, bevorderen van duurzame ontwikkeling met oog voor mens, milieu en rechtvaardigheid. En bovenal voor het herstel van vertrouwen tussen de overheid en haar burgers.” Hij gaf verder aan zich ervan bewust te zijn dat het nieuwe ambt geen kroon is om te dragen, maar dat het een grote verantwoordelijkheid betekent. “Een verantwooordelijkheid, die ik met eerbied en inzet zal dragen in dienst van ons volk.” Rusland deed een oproep aan eenieder om ongeacht politieke kleur, afkomst of ovetuiging samen met hem en gekozen president Simons “te bouwen aan het Suriname dat wij allen verdienen; een land waarin kansen eerlijk verdeeld zijn; waarin jongeren kunnen dromen en hun dromen waar maken; waar de ouderen in waardigheid oud mogen worden; waar onze natuurlijke rijkdommen met wijsheid worden beheerd ten bate van alle generaties.”

De vicepresident benadrukte vervolgens dat de functie voor hem een opdracht is. “Ik aanvaard deze functie niet als een beloning, maar als een opdracht. Niet voor mezelf, maar voor ons allemaal. Moge de Almachtige ons de wijsheid geven om recht te doen; de kracht om vol te houden en de liefde om te verbinden.” Net als Simons sloot hij zijn toespraak af met de duidelijk woorden “Wroko de fu du”.

-gov.sr-