Na ruim 30 jaar strijd is het eindelijk zover: Suriname ontvangt het WHO-certificaat voor malaria-eliminatie. Het land is daarmee het eerste Amazoneland dat deze status behaalt, na jarenlange inzet van gezondheidsautoriteiten en partners.

Sinds september 2021 zijn er geen nieuwe, lokaal opgelopen malariagevallen vastgesteld. Importgevallen – voornamelijk uit buurlanden, Afrika en Azië – worden actief opgespoord en behandeld, om herintroductie te voorkomen. Vooral buitenlandse goudzoekers vormen een risicogroep, aangezien zij vaak via het binnenland Suriname binnenkomen.

De succesvolle aanpak begon al in 1996 met de oprichting van de Malaria Board, die nog steeds actief is. Lokale veldwerkers, getraind door het Malariaprogramma, testen en behandelen direct ter plaatse. Deze continuïteit, mogelijk gemaakt door achtereenvolgende regeringen en steun van partners zoals WHO, USAID, PAHO en de Medische Zending, was cruciaal voor het succes.

Internist-infectioloog Stephen Vrede noemt het “een verlossend bericht”. De erkenning komt na een officiële WHO-controle in april 2025.

Met gemiddeld 70 importgevallen per jaar blijft waakzaamheid geboden. Maar één ding is zeker: Suriname heeft geschiedenis geschreven in de strijd tegen deze dodelijke ziekte.