“Is there life on Mars?”, zong David Bowie ruim een halve eeuw geleden. De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA hoopt een stap dichter bij het antwoord op die vraag te zijn. De NASA-rover Perseverance heeft mineralen gevonden die er mogelijk op kunnen wijzen dat er ooit leven op Mars was.
In de zomer van vorig jaar ontdekte het onbemande karretje een rots met daarop vlekken met een luipaardpatroon. De vlekken in het gesteente bestaan onder meer uit de mineralen vivianiet en greigiet. De combinatie van de twee mineralen is volgens de onderzoekers “een mogelijke vingerafdruk voor microbisch leven”.
De bevindingen zijn vandaag gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature.
NASA houdt wel een slag om de arm: verder onderzoek moet uitwijzen of het daadwerkelijk om oud leven gaat. Volgens de ruimtevaartorganisatie zijn andere verklaringen ook mogelijk. Hierbij valt te denken aan niet-biologische processen.
Levende organismen
“Dat is een van de redenen waarom we niet zover kunnen gaan om te zeggen dat dit het onomstotelijke bewijs van leven is”, zegt hoofdonderzoeker Joel Hurowitz tegen persbureau AP. “Het enige wat we kunnen zeggen, is dat een van de mogelijke verklaringen levende organismen zijn.”
Sterrenkundige Floris van der Tak sluit zich daarbij aan. “Er is nog meer werk aan de winkel om dit echt zeker te weten.” Vivianiet komt op aarde onder water tot stand op plekken waar bacteriën voorkomen. “Het zou kunnen dat dat vroeger op Mars ook is gebeurd. Daarom zijn ze zo enthousiast.”
3,5 miljard jaar geleden
Maar zonder leven in de buurt kunnen de mineralen ook zijn ontstaan. “Dat duurt heel lang, maar het is ook 3,5 miljard jaar geleden dat er water op Mars was”, zegt Van der Tak. “In de tussentijd kunnen de mineralen zonder water tot stand zijn gekomen.”
Voor verder onderzoek moet het monster eigenlijk naar de aarde worden gebracht. “Plannen daarvoor liggen er ook, nu moet er alleen nog budget voor zijn”, zegt Van der Tak. Hij zou het geweldig vinden als Marsgesteente naar de aarde gehaald wordt. “Dan kunnen we er nog veel meer van leren.”
-nos.nl-