In de Amerikaanse staat Wyoming zijn door de jaren heen meerdere gedetailleerde fossielen van dinosaurussen gevonden. Het was lange tijd een groot vraagteken hoe die zijn ontstaan. Wetenschappers hebben nu achterhaald dat een dun laagje klei een soort masker vormde.

Wetenschappers wilden achterhalen waarom in het oosten van Wyoming in een straal van zo’n 10 kilometer zoveel goede fossielen zijn gevonden. Het gaat om een gebied in de zogenaamde badlands: een heuvelachtig gebied met een droge kleigrond.

De fossielen van dinosaurussen zijn zo goed, omdat de details van de huid, hoeven en stekels op de rug heel gedetailleerd zichtbaar zijn, schrijft CNN. Zo werden in het begin van de twintigste eeuw resten van fossielen van edmontosaurussen gevonden. En ook paleontoloog Paul Sereno van de University of Chicago ontdekte in 2000 en 2001 twee fossielen van die soort.

De edmontoraurus leefde 73 tot 66 miljoen jaar geleden in het huidige Noord-Amerika. De dieren leefden in grote kuddes. “Het was destijds verreweg de meestvoorkomende dinosaurus in dat gebied”, zegt Sereno tegen persbureau Reuters. “Het waren enorme kuddes. Het is de koe van zijn tijd.”

De dinosaurussoort had een lange staart en een brede bek, die op de bek van een eend leek. Ook had het dier hoeven. Daarmee is het voor zover bekend de oudste diersoort op land die hoeven heeft. Die hoeven zijn efficiënt om over harde grond te lopen. De edmontosaurus liep meestal op vier poten, maar als hij rende gebruikte hij alleen zijn twee achterpoten. Sereno maakt de vergelijking met de hedendaagse kangoeroe.

-nu.nl-