De Hoge Raad heeft beslist dat het demissionaire kabinet opnieuw moet bekijken of het onderdelen voor F-35-gevechtsvliegtuigen gaat leveren aan Israël. Daarmee sluit de raad zich niet aan bij een eerder oordeel van het Gerechtshof.
Die had in februari een verbod opgelegd. Het hof vond dat er een duidelijk risico bestond dat Israël deze vliegtuigen zou gebruiken voor ernstige schendingen van het humanitaire oorlogsrecht in de Gazastrook.
Het kabinet ging in cassatie bij de Hoge Raad. Hoewel er een advies lag om het verbod te handhaven, besloot de Hoge Raad daar dus niet in mee te gaan.
Het is volgens de Hoge Raad niet aan de rechter om dit te beoordelen. De hoogste rechter draagt demissionair minister David van Weel nu op om het wapenexportbeleid binnen zes weken te herzien. Dat houdt in dat Van Weel moet beslissen of er wel of niet een nieuwe vergunning moet komen voor de export van F-35-onderdelen naar Israël.
Bij de beoordeling moet de minister zelf toetsen of er een risico bestaat op schendingen van het internationaal humanitair recht.
-nu.nl-