Klimaatbestendige stadsplanning moet nú prioriteit krijgen in Suriname. Dat is de centrale boodschap van de Nationale Workshop over Klimaatbestendige Stedelijke Ontwikkeling, die van 21 tot en met 23 oktober 2025 werd gehouden in de Royal Ballroom van hotel Torarica.
De bijeenkomst werd georganiseerd door het ministerie van Olie, Gas en Milieu, in samenwerking met het Commonwealth Local Government Forum (CLGF) en het Caribbean Community Climate Change Centre (CCCCC). Aanwezig waren vertegenwoordigers van meer dan tien ministeries, districtscommissies, de Nationale Milieuautoriteit, universiteiten en maatschappelijke organisaties.
De workshop is onderdeel van het regionale project ‘Multi-Country Climate Resilient Development Initiative’, gefinancierd door het Green Climate Fund. Dit driejarig project (2023-2026) wordt uitgevoerd in Suriname, Saint Lucia, Dominica en Trinidad & Tobago. Doel is om de capaciteit van nationale en lokale overheden te versterken, zodat klimaatrisico’s worden meegenomen in stedelijke planning en ontwikkeling. Voor Suriname moet dit uitmonden in een klimaatbestendig nationaal stedelijk beleidskader, de Climate Resilient National Urban Policy (cr-NUP).
Professor Michelle Mycoo, Regional Expert van de University of the West Indies in Trinidad en Tobago, lichtte toe wat klimaatbestendige stedelijke ontwikkeling in de praktijk betekent. Volgens haar gaat het niet alleen om het verlagen van CO₂-uitstoot, maar ook om het zo inrichten van de stad dat zij in staat is om te herstellen van klimaatschade op de lange termijn.
Zij wees Paramaribo aan als bijzonder kwetsbaar. “Als laaggelegen kuststad kampt Paramaribo met overstromingen wanneer het getij stijgt en er tegelijkertijd extreme regenval is. Daarnaast zien we kusterosie door veranderingen in het getij en de verwijdering van mangrove langs de kustlijn,” zei zij. Het ontbreken van een formeel ruimtelijk ordeningsplan maakt de situatie volgens haar complexer. Professor Mycoo noemde een reeks oplossingen: versterking van oevers en zeeweringen, herstel van wetlands en mangroves, bouwontwerpen die rekening houden met wateroverlast, meer groene zones om regenwater op te vangen en betere afvaldiscipline zodat lozingen en verstoppingen in afwatering verminderen. “In plaats van alleen technische oplossingen gebruiken we ook de natuur om problemen aan te pakken,” zei ze.
Ook de academische wereld sloot zich aan bij de oproep tot urgentie. Usha Satnarain van de Anton de Kom Universiteit benadrukte dat Suriname niet langer zonder duidelijke ruimtelijke ordening kan. “Het is nu meer dan ooit belangrijk dat we eindelijk een goede planning maken als het gaat om bijvoorbeeld woongebieden en landbouwactiviteiten. Er moet een duidelijke planning komen voor waar verschillende activiteiten kunnen plaatsvinden,” zei Satnarain. Zij wees erop dat regels en handhaving nodig zijn om die planning ook echt uit te voeren. “Dit is echt prioriteit. Gezien de impact van klimaatverandering komen we er niet onderuit.”
Volgens haar moet de samenleving ook beter worden meegenomen. “De boodschap kan pas bij de gemeenschap gebracht worden als men zich echt bewust is van waarom dit nodig is. Mensen moeten begrijpen dat ruimtelijke ordening nodig is om veilig te kunnen leven in hun omgeving.
De input uit de driedaagse workshop wordt nu uitgewerkt tot aanbevelingen voor klimaatbestendige stedelijke ontwikkeling in Suriname en de andere deelnemende landen. Die aanbevelingen moeten onder meer richting geven aan ruimtelijke ordening, infrastructuurontwikkeling en wetgeving, met speciale aandacht voor klimaatrisico’s zoals overstromingen, kusterosie en droogte.
Het uiteindelijke doel is dat Suriname beschikt over beleid dat niet alleen reageert op schade, maar toekomstige schade voorkomt – en zo de leefbaarheid van stad en district veiligstelt.