De districtscommissarissen Marlon Budike  (Paramaribo-Noord) en Ruchsana Ilahibaks (Paramaribo-Midden) zeggen tevreden te zijn over de schoonmaakwerkzaamheden in hun ressorten na de Srefidensi-festiviteiten. Beide bestuurders benadrukken dat het schoonhouden van de stad niet alleen een tak is van de overheid, maar een verantwoordelijkheid van iedere burger.

Budike geeft aan dat met name het gebied rond de Palmentuin, de Grote Combeweg en het uitgaanscentrum na afloop van de activiteiten is aangepakt. Volgens hem was het doel om na de festiviteiten zo min mogelijk klachten uit de gemeenschap te krijgen. Over de palmentuin zegt de districtscommissaris dat vooraf afspraken zijn gemaakt met organisaties die activiteiten hielden, zodat zij ook meewerken aan het opruimen van achtergelaten vuil.

Ilahibaks wijst erop dat er tot laat in de ochtend is doorgefeest, waardoor direct opruimen niet altijd mogelijk was. “Het opruimen kan pas beginnen wanneer het publiek is vertrokken”, stelt zij. Volgens de districtscommissaris is de organisator op basis van de vergunning verplicht om schoon te maken, maar zolang de activiteiten nog gaande zijn, kan dat niet onmiddellijk plaatsvinden. Wel zijn er maatregelen mogelijk wanneer de organisatoren zich niet aan de regels houden. “We kunnen bijvoorbeeld besluiten geen vergunning meer te verlenen als men zich niet aan de regels houdt. Zodra de activiteiten stoppen, moet er meteen worden opgeruimd- dat wordt onze focus”, aldus Ilahbaks.

Beide districtcommissarissen pleiten daarnaast voor meer bewustwording in de samenleving. Door afval zelf op te ruimen of in de aanwezige vuilnisbakken te deponeren, kan volgens hen al een grote bijdrage worden geleverd aan een schoner Paramaribo.